Nachtzwaluw 

Vogel

Uiterlijk

Voeding

Habitat

Trek


Mysterieuze vogel

Geschiedenis van de nachtzwaluw

Omstreeks 350 voor Christus was het Aristoteles die 'De Geitenmelker' voor het eerst beschreef als een vogelsoort die op geiten zou afvliegen om de uier er van leeg te zuigen. Voor die tijd een niet zo een slechte waarneming als je bedenkt dat de Nachtzwaluw nachtvlinders en kevers eet en hoofdzakelijk actief is bij ochtend- en avondschemer. Hij zag de Nachtzwaluwen dus waarschijnlijk jagen op de insecten tussen de grazende geiten in het landschap.

Zelfs vandaag is het erg moeilijk om de Nachtzwaluw waar te nemen. Deze vogel is zeer goed gecamoufleerd en vertrouwt hier volledig op. Overdag kan je op enkele meters van hen staan zonder het te beseffen. Wanneer de avond valt, worden Nachtzwaluwen actief. De mannetjes laten dan een indrukwekkend metaalachtig geratel over de open plekken in het bos galmen. Met enkele 'kwiekjes' verdwijnen zij daarna al vlug in de duisternis, opnieuw hun verborgen leefwereld in.

Veel vogelsoorten leven overdag waardoor hun gedrag van makkelijker waargenomen kan worden. Dit is niet het geval bij de Nachtzwaluw. Daarom blijven er vandaag nog vele vragen onbeantwoord over deze geheimzinnig vogelsoort. Waar broeden en slapen zij? Waar gaan zij voedsel zoeken, wat eten ze precies...? Welke terreinen hebben zij nodig om te overleven, hoe groot is hun leefgebied...? Dit zijn vragen die moeilijk te beantwoorden zijn wanneer 'normale monitoringstechnieken' gebruikt worden. Om deze leefwereld te ontdekken gebruiken we in dit onderzoek 'radiotelemetrie'.

Sinds het einde van de 19e eeuw degradeerde en versnipperde het habitat van de Nachtzwaluw in snel tempo. Hierdoor werd zij opgenomen in Bijlage I van de EU-Vogelrichtlijn en de Vlaamse Rode Lijst waar zij ingedeeld worden bij de 'Kwetsbare soorten' die op termijn tot status 'Bedreigd' kunnen overgaan. Met uitzondering van enkele Waalse populaties in Lagland, Spa-Malchamps en Croix-Scaille (totaal 50-60 koppels) treffen we Nachtzwaluwen in Belgiƫ hoofdzakelijk aan op de Kempense zandgronden.

Na een absoluut dieptepunt met 208-281 broedparen in 1980 lijkt zich vandaag een opmars af te tekenen, maar schattingen van de populatiegrootte zijn sterk uiteenlopend. In Limburg wordt het aantal broedparen geschat op 500 in 2002 en 800 koppels in 2008. Het is echter noodzakelijk deze gegevens met uiterste voorzichtigheid te benaderen omdat tellingen gebaseerd zijn op het aantal zangposten in de getelde gebieden, en niet op het werkelijke aantal broedkoppels dat mogelijk lager ligt.


Uiterlijk

Kenmerken van de vogel

De Nachtzwaluw meet van kop tot staart 24 tot 28cm. Zij heeft een spanwijdte van 52 tot 59cm. De soort doet qua lichaamsbouw aan een kleine valk of koekoek denken. Het bruingrijze verenkleed, bezaaid met beige en zwarte vlekken en strepen biedt hen een perfecte camouflage. Meestal kiezen ze een donkere achtergrond en houden ze zich erg stil. Rustend op een tak of op de grond zijn zij haast niet te onderscheiden van hun omgeving. Bij het poetsen of krabben zal de Nachtzwaluw geen directe bewegingen maken, maar gedragen ze zich als een door de wind bewogen tak of blad.

Het meest opvallende aan de Nachtzwaluw is zijn zang: een minutenlang intens ratelend geluid met af en toe enkele korte pauzen. Meestal eindigt deze 'errrrurrrruu' strofe in een diep hakkelend 'fiORRRRR'. In de vlucht laten ze vaak een afgemeten een 'krruIET' horen. Tijdens de balts slaat het mannetje soms hoorbaar de vleugels tegen elkaar of zweeft met gespreide staart en de vleugels in een V.


Voeding

Wat en hoe?

Overdag rusten Nachtzwaluwen hoofdzakelijk in bomen. Hierbij lijken zij een voorkeur te hebben voor de dichte kruinen van Corsicaanse dennen. Wanneer de avond valt, laten vooral mannetjes van zich horen. Zij zingen meestal op een dode tak net onder de top van een hoge boom in de bosrand. Er klinkt dan een metaalachtig geratel vanaf bosranden de open gebieden in.

Vroeg in de avond jagen Nachtzwaluwen even nabij hun slaap- of broedplaats, in de bosranden en nabij de toppen van de bomen. Na tientallen minuten vertrekken zij dan richting voedselgebieden verderop gelegen. Tijdens het broedseizoen worden zo verschillende keren per nacht afstanden van 1 tot 3 km afgelegd. Mogelijk bieden deze (vallei-)gebieden meer en beter voedsel dan (heide- of duin-)gebieden nabij de broedplaatsen. Als de ochtend aanbreekt keren de Nachtzwaluwen terug naar hun slaap- en/of broedplaatsen om zich gedeisd te houden tijdens de dag.


Habitat

Leefgebied in Belgiƫ

Nachtzwaluwen kom je in Vlaanderen hoofdzakelijk tegen op de Kempense zandgronden. Er zijn nog enkele kleine populaties in Waalse heidegebiedjes. Nachtzwaluwen zijn bosrandvogels. Je kan ze aantreffen in de overgang tussen bossen en open heide of vengebieden. Als broedvogel kiest de Nachtzwaluw zijn nestlocatie enkele meters in een bosbestand, aan de rand van een open plek. Meestal zoeken zij de beschutting van enkele lagen boompjes als bescherming tegen mogelijke vijanden. Doordat Nachtzwaluwen hun nest zo kort bij open plekken en wandelwegen maken, zijn zij bijzonder gevoelig voor verstoring door bv. loslopende honden. Het is dan ook erg belangrijk je hond ten alle tijden aan de lijn te houden wanneer je wandelt in natuurgebieden!

Het jachtgebied van de Nachtzwaluw bestaat uit een divers landschap met verspreide boompjes, kleinschalige landbouw en bosranden. Deze gebieden blijken bijzonder voedselrijk te zijn doordat zij langzaam afkoelen en insecten langer actief blijven. Onze studie toont bovendien aan dat Nachtzwaluwen gebieden met intensieve landbouw mijden. Dit komt waarschijnlijk doordat hier weinig insecten worden aangetroffen, of dat zij niet houden van grote open ruimten.


Trek

Waar naartoe?

Nachtzwaluwen zijn trekvogels die slechts enkele maanden per jaar bij ons aanwezig zijn. Ze komen aan begin mei en vertrekken weer eind augustus. Tijdens dit korte verblijf proberen zij 2 broedsel te voltrekken. Hierbij leggen zij 2 witte, met zwart-bruine spikkeltjes bezaaide, eitjes op de naakte grond. Wanneer slecht weer zich voordoet in het begin van het broedseizoen, zullen zij hun broedsels even uitstellen. Hierdoor hebben zij slechts tijd om 1 broedsel te voltrekken in dat jaar.